
Foto's maken
Als u de instellingen voor belichting en kleur wilt wijzigen
voordat u een foto neemt, selecteert u
Opties
>
Afbeeldingsinstell.
>
Opnamemodus
,
Flits
,
Witbalans
of
Kleurtoon
. Zie ‘Kleur en belichting aanpassen’ op pag. 39
en ‘Opnamemodi’ op pag. 40.
Tip! Druk op de toets
of gebruik de opnametoets
van de camera (rechts op het apparaat) om een foto te
nemen.

Camera en Galerij
37
Symbolen voor de camera:
• De symbolen voor het apparaatgeheugen (
) en de
geheugenkaart (
) (1) geven aan waar afbeeldingen
worden opgeslagen.
• Het afbeeldingssymbool (2) geeft aan hoeveel
afbeeldingen, afhankelijk van de geselecteerde
beeldkwaliteit, er in het resterende geheugen van het
apparaat of op een compatibele geheugenkaart passen.
• Het modussymbool (3) geeft de huidige modus aan.
Zie ‘Opnamemodi’ op pag. 40.
• Het flitssymbool (4) geeft
aan of de flits is ingesteld
op
Automatisch
(
),
Geforceerd
(
) of
Uit
(
).
• Het resolutiesymbool (5)
geeft de geselecteerde
afbeeldingskwaliteit aan.
Zie ‘Instellingen van
fotocamera aanpassen’
op pag. 38.
• Het reeksmodussymbool
(6) geeft aan dat de reeksmodus actief is. Zie ‘Foto's
nemen in een reeks’ op pag. 38.
• Het zelfontspannersymbool (7) geeft aan dat de
zelfontspanner is geactiveerd. Zie ‘Zelf op de foto -
Zelfontspanner’ op pag. 38.
Het opslaan van een vastgelegde afbeelding kan langer
duren als u de instellingen voor zoomen, belichting of
kleur hebt gewijzigd.
Houd rekening met het volgende wanneer u een foto
neemt:
• Het is raadzaam beide handen te gebruiken, zodat de
camera niet beweegt.
• Gebruik de juiste modus voor elke omgeving als u foto-
of video-opnamen maakt in een wisselende omgeving.
Zie ‘Opnamemodi’ op pag. 40.
• De kwaliteit van een ingezoomde foto is lager dan die
van een niet-ingezoomde foto.
• Als u binnen een minuut niet op een toets drukt, wordt
de batterijspaarstand geactiveerd. Druk op
om door
te gaan met het nemen van foto's.
Houd rekening met het volgende wanneer u een foto hebt
gemaakt:
• Druk op
als u de foto niet wilt bewaren.
• Als u de afbeelding wilt verzenden, drukt u op
en selecteert u
Via multimedia
,
Via e-mail
of
Via
Bluetooth
. Zie ‘Berichten’ op pag. 59 en ‘Bluetooth-
connectiviteit’ op pag. 95 voor meer informatie. Deze
optie is niet beschikbaar tijdens een actief gesprek.
• Als u tijdens een actief gesprek een afbeelding wilt
verzenden, selecteert u
Opties
>
Verz. naar beller
.
• Als u de foto wilt bewerken, selecteert u
Opties
>
Bewerken
. Zie ‘Afbeeldingen bewerken’ op pag. 41.

Camera en Galerij
38
• Als u de foto wilt afdrukken, selecteert u
Opties
>
Afdrukken
. Zie ‘Afbeeldingen afdrukken’ op pag. 53.